Dossier: op een wachtlijst kan je niet wonen
28 december 2021
Hasselt kampt met een woonprobleem. Er zijn te weinig betaalbare woningen voor jonge gezinnen, alleenstaanden en ouderen op de private huurmarkt. Maar er zijn ook te weinig sociale woningen voor mensen die het financieel moeilijk hebben. Die problemen zijn aan elkaar gelinkt, bewijst het voorbeeld van Patrick, die sinds december dakloos is.
Patrick staat al 12 jaar op een wachtlijst voor een sociale woning in Hasselt. Hij huurde jarenlang tegen hoge prijs een studio op de private markt. Hij was slachtoffer van een huisjesmelker. In augustus moest Patrick met spoed een tumor laten wegnemen. Omdat hij de ziekenhuiskosten niet betaald kreeg, zei hij zijn appartement op. Nu staat hij op straat. Een andere betaalbare studio huren is niet mogelijk met een inkomen van 1.200 euro. Op korte termijn is er ook geen sociale woning beschikbaar voor Patrick. De enige optie: de daklozenopvang, maar die zit vol. Bovendien is dat geen structurele oplossing voor Patrick: “Ik heb een inkomen. Ik wil gewoon een betaalbare woning en ik wil ervoor betalen”.
Wonen is een basisrecht. Dat moet betaalbaar en toegankelijk zijn voor iedereen. Dat is op dit moment niet het geval. In Hasselt staan er meer 3.500 mensen op de wachtlijst voor een sociale woning. Dat aantal nam de laatste jaren sterk toe, maar er kwamen nauwelijks nieuwe sociale woningen bij. De stad rekent vooral op projectontwikkelaars op de private huurmarkt en op het dure SVK. Tegelijk staan er 67 sociale woningen leeg in Hasselt. Sinds 2017 verdriedubbelde dat aantal. De ambitie van de stad om echt iets te doen aan het woonprobleem, ontbreekt.
De PVDA stelt daarom voor om vanaf 2022 jaarlijks 100 sociale woningen bij te bouwen tot het einde van deze legislatuur. Die 400 extra sociale woningen bouwen, zou 50 miljoen euro kosten. Dat is exact evenveel als de stad investeerde in de nieuwe parking onder de Blauwe Boulevard of het nieuwe stadhuis.
1. Op een wachtlijst kan je niet wonen
1.1 De private huurmarkt is ontoegankelijk
De private huurmarkt is voor Patrick en vele andere Hasselaren onbetaalbaar geworden. Er komen alsmaar nieuwe woningen bij in dure nieuwbouwprojecten zoals de Quartier Blue, maar die geraken nauwelijks nog verkocht. Niet verwonderlijk. De prijzen springen de pan uit. Een kleine zoektocht op immo-websites levert slechts drie kleine appartementen op met een prijs tussen 400 en 500 euro. De rest is duurder. Met een inkomen van 1.200 euro betaal je dus al snel de helft van je inkomen aan huur, zonder extra kosten voor gas, water en elektriciteit. Vaak worden huurders dan geweigerd wegens risico op niet kunnen betalen.
1.2 ‘Hasselt Heeft het’: veel luxe-appartementen, weinig sociale woningen
Hasselt heeft vooral veel poepchique nieuwbouw, maar nauwelijks sociale woningen. De stad stak 55 miljoen euro in een dure parking onder de Quartier Bleu en 50 miljoen euro in een gloednieuw stadhuis, maar voor sociale woningen "is er geen geld".
Het aantal sociale woningen in Hasselt ligt op 5,6 procent (2021), bij de laagste van alle Vlaamse centrumsteden. In 2019 kwamen er slechts 20 (!) sociale woningen bij, in 2020 45 sociale woningen, waarvan een deel private SVK-woningen (zie tabel 4). Dat getuigt van een totaal gebrek aan ambitie. In Hasselt staan immers 3.500 mensen op de wachtlijst staan voor een sociale woning. Tabel 1 toont dat in 2012 867 kandidaat huurders op de wachtlijst stonden, met voorkeur Hasselt, begin 2021 waren dat er al 3.548. Tabel 2 toont dat het aantal kandidaat huurders met domicilie in Hasselt evolueerde van 118 in 2012 118 naar 2.525 in 2021, meer dan een verdubbeling op bijna tien jaar tijd.
Ook de wachttijden zijn enorm gestegen. In 2012 moesten kandidaat-huurders nog 916 dagen wachten (2,5 jaar) op een sociale woning in Hasselt. In 2021 was dat al 1.341 dagen (3,7 jaar) (tabel 3, Bron VMSW). En dan heb je natuurlijk de voorbeelden als dat van Patrick die jarenlang wacht en telkens bericht krijgt dat hij ‘bijna’ aan de beurt is.
Tabel 4: evolutie sociale woningen in Hasselt (SHM en SVK)
Hasselt heeft dan wel al voldaan aan het sociaal objectief van de Vlaamse overheid, maar dat ligt veel te laag. Wat verhindert Hasselt om méér ambitie te tonen op dat vlak? Officieel - in woorden - eist Hasselt bij elk nieuwbouwproject 30 procent betaalbaar waarvan de helft (15 procent) sociale woningen om een goede sociale mix te verzekeren. Dat zijn heel mooie woorden, maar in de realiteit leggen projectontwikkelaars die regel naast zich neer met een ‘verlegclausule’ (meer info). Daarmee gaf de stad toelating aan projectontwikkelaars om hun ‘sociale last’ van 15 procent sociale woningen in elk nieuwbouwproject te verleggen. Bijvoorbeeld aan de kanaalkom, Zuidzicht, … ‘verbande’ projectontwikkelaar Kolmont de sociale woningen naar Kuringen-Heide. Daar was er dan weer protest omdat buurtbewoners vreesde voor getto-vorming. Er is nog steeds geen plaats gezocht voor die nieuwe sociale woningen.
1.3 Leegstaande sociale woningen
Intussen stonden begin 2021 67 sociale woningen in Hasselt leeg, waarvan 23 woningen structureel. In 2017 waren er dat nog 18 waarvan 3 structureel. Dat aantal verdriedubbelde dus op enkele jaren tijd. Vooral de laatste drie jaren is het aantal leegstaande woningen spectaculair toegenomen, blijkt uit cijfers van de VMSW (tabel 5).
2. Stadsbestuur neemt geen doortastende maatregelen voor betaalbare en sociale woningen
“Wonen is een recht. Als stadsbestuur zetten we fors in op betaalbaar wonen voor elke Hasselaar”. Dat lezen we in het Hasselts bestuursakkoord 2019-2024 (punt 279, p28). Het stadsbestuur belooft een oplossing, maar in haar meerjarenplan zien we daar niets van terugkomen; Het blijft bij vage beloftes. Concrete projecten blijven uit.
Het stadsbestuur heeft geen ambitie om die wachtlijsten aan te pakken, integendeel. Het bestuur zet enkel in op een heel beperkte toename van het aantal sociale huurwoningen dat ter beschikking wordt gesteld door het sociaal verhuurkantoor SVK. Het gaat om gemiddeld 27 woningen per jaar[1], 162 in het totaal tegen 2025. Bij de woningbouwmaatschappijen zijn er voor de komende jaren slechts aanbestedingen goedgekeurd voor 71 extra wooneenheden. (Zie ook Hasselts woonplan PVDA)
Op de gemeenteraad van november 2021 stelde schepen van Woonontwikkeling Marc Schepers (RoodGroen+) dat er 300 sociale woningen in de pipeline zitten. Hij rekent op renovatie, ontdubbelen van grote sociale woningen, nieuwbouw, ontwikkelen van eigen patrimonium, …. Dat is goed nieuws. Maar we weten intussen dat er in 2019 slechts 20 sociale woningen bijkwamen en in 2020 45, waarvan een deel SVK-woningen. Het stadsbestuur kan veel aankondigingen doen en ambitie tonen in woorden, maar waar blijven de daden? Wij willen zwart op wit zien dat die 300 beloofde woningen er komen.
De stad rekent nu op SVK, maar dat zijn dure woningen. Huurders betalen vaak nog meer dan 500 tot 600 euro zonder energie. De SVK-huurmarkt is geen structurele oplossing. Bovendien krijgen we regelmatig berichten te horen over wantoestanden bij SVK-woningen. Dure appartementen worden verhuurd aan mensen met een laag inkomen, die dan zelf voor de kosten voor reparatie van gebreken moeten opdraaien, die boetes krijgen als ze het appartement verlaten omdat ze zelf reparaties hebben uitgevoerd, energiefacturen die de hoogte ingaan omdat de woningen slecht geïsoleerd zijn of waterlekken niet gedetecteerd worden.
3. Betaalbaar wonen, maak daar een prestigeproject van
De PVDA stelde in 2020, net voor de coronacrisis, al haar Woonplan voor. De stad moet de stadsplanning terug in eigen handen pakken. Niet overlaten aan de betonboeren en projectontwikkelaars. Zij mikken vooral op luxe en hopen mensen aan te trekken met een dikke portemonnee. Daar hebben de gewone Hasselaren niets aan. De PVDA wil dat de stad van betaalbaar wonen echt een prestigeproject maakt.
3.1 Honderd sociale woningen erbij per jaar voor de rest van de legislatuur
Op een wachtlijst kan je niet wonen. Daarom komen wij met een nieuw woonplan voor Hasselt: vanaf 2022 tot het einde van de legislatuur bouwen we elk jaar 100 sociale woningen bij. Dat zijn 400 sociale woningen erbij tegen het einde van de legislatuur. Op die manier komen we tegen 2025 op 2.676 of 7,5 procent sociale woningen[4]. Op die manier bengelen we niet maar aan de staart van de centrumsteden, en naderen we het gemiddelde van 9 procent. Nog niet de 20 procent die de PVDA nastreeft, maar wel al een goed begin.
Een sociale woning kost gemiddeld 99.000 euro, als de stad de gronden in erfpacht geeft - de stad kan ook andere actoren zoals de kerkfabriek aansporen om hetzelfde te doen. Op vijf jaar tijd kost ons woonplan voor 400 woningen exact 40 miljoen euro. We willen het geld lenen, waardoor er kosten voor interesten bijkomen van 8 miljoen euro. In totaal dus een bedrag van 50 miljoen euro, exact evenveel als de stad investeerde in de nieuwe parking onder de Blauwe Boulevard of in het nieuw stadhuis.
3.2 Oprichting Woningcoöperatie
We richten hiervoor een Hasseltse Woningcoöperatie op. De stad draagt de nodige gronden enkel over in erfpacht en blijft zo eigenaar. Waar mogelijk vordert de stad panden die al langer dan 10 jaar leegstaan op voor renovatie en installatie van sociale woningen. De voorziene belastingen en opcentiemen afkomstig van de leegstand en verwaarlozing van woningen en bedrijfsruimten – 3,6 miljoen euro voor deze legislatuur – kunnen hiervoor worden gebruikt.
We willen sociaal en betaalbaar huren ook echt mogelijk maken. In het begin concentreren we ons op kandidaat-huurders met een inkomensgrens tot 1.800 euro (kwintiel 1 en 2). Van die groep besteedt 30 procent meer dan 1/3de van zijn inkomen aan huur. Op termijn breiden we de doelgroep uit tot kandidaat-huurders met een maandelijkse inkomensgrens tot 2.500 euro (kwintiel 1 tot 3). Uit een analyse van de beschikbare wooncijfers, blijkt dat vooral nood is aan studio’s en kleine een- en twee-slaapkamerappartementen en -woningen.
Zie voor een gedetailleerde uitwerking van ons Hasselts woonplan: https://hasselt.pvda.be/woonplan
[1] Schepen van Sociaal Woonbeleid Dymfna Meynen (N-VA) kondigde ons tijdens de gemeenteraad van november 2021 aan dat het groeipad voor SVK wel is opgetrokken van 22 naar 35 inhuringen per jaar.