Kick-off kiescampagne PVDA Hasselt
19 juni 2018
De PVDA organiseerde op 16 juni de kick-off van haar kiescampagne. Een honderdtal medewerkers, kandidaten en sympathisanten staken de koppen bij elkaar om de laatste discussies te voeren over de speerpunten van het kiesprogramma, dat eind juni op de website verschijnt.
“Bij de opmaak van ons programma zijn we vertrokken van de resultaten uit onze Grote Bevraging”, vertelt lijsttrekker Kim De Witte. “De afgelopen zes maanden gingen onze leden en sympathisanten in gesprek met meer dan duizend Hasselaren, over de sterke punten en de werkpunten van onze stad. Er werd gepolst naar de thema’s die mensen belangrijk vinden en naar voorstellen van oplossing.” Uit al die gesprekken kwamen vier prioritaire punten naar voren: stad zonder armoede, betaalbare woonstad, mobiele stad en gezellige stad.
Stad zonder armoede
“De armoede groeit in Hasselt”, zegt De Witte. “Niet alleen in wijken zoals Terhilst of Runkst, maar ook in de Heilig Hartwijk, de Katarinawijk, in deelgemeenten zoals Kermt, Kuringen, Sint-Lambrechts-Herk. We merkten dat bij het ophalen van onze bevraging de afgelopen zes maanden. In een aantal huiskamers, waar je het totaal niet zou verwachten, staat de chauffage uit in het putje van de winter. Mensen besparen op energie. Het blijkt ook uit de cijfers van Kind&Gezin. De kinderarmoede stijgt al twaalf jaar op rij. Ze is vandaag twee keer zo hoog als acht jaar geleden. Als lokale overheid kan je wel degelijk een aantal maatregelen nemen. De stad zou bijvoorbeeld een proefproject kunnen lanceren naar éénoudergezinnen, de meest kwetsbare groep in armoede. Ze zou meer kunnen investeren in begeleiding naar werk en in de tussentijd het leefloon van deze groep optrekken tot boven de armoedegrens. Dat zou een half miljoen euro per jaar kosten. Vergelijk dat eens met de 54 miljoen die men nu investeert in het nieuwe stadhuis of de 50 miljoen die de stad investeert in nieuwe parking onder le Quartier Bleu.
Betaalbare woonstad
Een tweede speerpunt waar de linkse partij campagne rond wil voeren is betaalbaar wonen. “Nieuwbouwprojecten rijzen als paddenstoelen uit de grond. Bijna allemaal prestigeprojecten, niet toegankelijk voor de gewone Hasselaar: meer dan 400 luxeappartementen in de Quartier Bleu, 104 chique serviceflats op het Groenplein, 37 lofts op het Kolonel Dusartplein, peperdure flats in de Kapertoren. Jongeren willen een betaalbare woning en ouderen willen een betaalbaar rusthuis. Dat de stad daar eens een prestigeproject van maakt”, hekelt De Witte. “Dat kan perfect, door projectontwikkelaars die luxewoningen bouwen te verplichten om ook betaalbare woningen te bouwen. Het investeringsbeleid is ook eenzijdig. Bijna al het geld gaat naar het centrum, maar in de wijken buiten het centrum en in de deelgemeenten zijn er ook noden. Tal van diensten zijn de afgelopen jaren verdwenen. Ik denk dan aan een postkantoor of een postpunt, een bibliotheek, een sociale dienst of afvaardiging van het OCMW, een lokaal dienstencentrum voor ouderen, een wijkkantoor van de politie. Als je vecht voor het behoud van dit soort diensten in de wijken of de deelgemeenten, dan krijg je ook meer sociale cohesie en minder problemen rond mobiliteit want mensen kunnen in hun eigen buurt terecht voor allerlei diensten.”
Mobiele stad
Op de open vraag ‘Wat zou je eerst aanpakken als je burgemeester was’ kwamen vooral antwoorden rond mobiliteit naar voren: voer de vroege en late bussen terug in, maak ze terug gratis en investeer in veilige fietspaden. “Vroeger waren de bussen gratis en zaten ze vol, nu zitten ze leeg”, zo klinkt het. “Als je minder auto’s wil, dan moet je investeren in een goed alternatief. Wij willen meer parkings aan de rand van de stad, met snelle busverbindingen. Dat bestaat in tal van steden. Bezoekers en pendelaars kunnen dan veel makkelijk en uit de stad geraken, zonder twee keer rond de kleine ring te moeten rijden. We willen ook dat er echt werk gemaakt wordt van veilige fietspaden. Als je nu op de Sint-Truidersteenweg of de Luikersteenweg fietst, dan rij je op 20 centimeter van de auto’s. Dat is heel gevaarlijk. Er moet een fysieke afscherming zijn, minstens een borduur.”
Gezellige stad
Een vierde speerpunt is de gezellige stad. “Hasselt is een mooie en gezellige stad”, vervolgt De Witte. “Daar moeten we fier op zijn en zo houden. En opletten dat we de mooiste pareltjes niet weggeven, zoals het begijnhof of het Oud Gasthuis. Toen de provincie het begijnhof wilde verkopen aan projectontwikkelaars, waardoor een deel van de tuin zou verdwijnen, hebben we keihard aan de alarmbel getrokken, met petities, een winterpicknick, een dossier over de afspraken tussen de Broeders van Liefde en de provincie. We zijn heel fier dat daar ook gehoor aan gegeven werd. Maar we blijven waakzaam. Het historisch erfgoed, zoals het Oud Gasthuis of de volkscafés, wordt hoe langer hoe meer verpatst aan de meest biedende. Dat gaat ten koste van de eigenheid van onze stad. Wij willen daar zeer waakzaam rond blijven.”