Skip to content

PVDA overhandigt petitie tegen verkoop begijnhof aan provinciebestuur

Op woensdag 18 januari overhandigt de PVDA haar petities tegen de verkoop van de begijnhofhuisjes aan het provinciebestuur. “De verkoop stuit op veel protest. Op enkele maanden tijd verzamelden de PVDA en de studenten architectuur 4.000 handtekeningen", zegt Kim De Witte, voorzitter van de PVDA Limburg.

Het provinciebestuur wil de dertien huisjes, het poortgebouw en het bijgebouw van het begijnhof verkopen via openbare bieding. Tegen de verkoop bestaat heel wat protest. De Hasselaren vrezen dat het laatste stukje groen en rust uit de binnenstad zal verdwijnen. De openbare bieding loopt af op 27 januari 2017. “Daarom overhandigen wij onze petities op woensdag 18 januari, dit is de dag van de laatste provincieraad vóór de afsluiting van de openbare bieding", zegt Kim De Witte, voorzitter van de PVDA in Limburg. De afgifte gebeurt in handen van gedeputeerde van Cultuur Igor Philtjens.

Ondertussen heeft PVDA Hasselt de eigendomsakte van de huisjes uit 1938 onder de loep genomen. “Uit die akte blijkt dat de provincie de huisjes gekocht heeft 'uit hoofde van openbaar nut' en beloofd heeft om de huisjes 'in ere te houden'. De verkoop van de huisjes voor horeca of luxehotels is in strijd met deze beloftes”, stelt De Witte. Alle burgers kunnen zich op deze beloftes beroepen, niet alleen de Broeders van Liefde, zo blijkt uit verder onderzoek. Niet elke bestemming is onwettig: indien de huisjes een openbaar karakter behouden en in ere worden gehouden, worden de beloftes nageleefd.

“Wij vragen uitdrukkelijk dat het provinciebestuur van de verkoop afziet", alsnog Kim De Witte. "Ook na de verhuis van het kunstenproject Z33 zijn er vele alternatieve bestemmingen voor dit cultureel erfgoed. Uit het referendum dat wij lanceerden volgen een aantal interessante voorstellen: ruimte voor laagdrempelige kunst en cultuur, studieruimtes voor studenten, vergader- en ontmoetingsruimtes voor Limburgse verenigingen, alternatieve cinema, ruimte voor extra repaircafés.”

 

Foto Aurélie Decoene